Nieuws

Parkeerbelasting of btw

Geplaatst: 14 juli 2018
Kenmerk: 2018.04295

Parkeerbelasting of btw

Rechtbank Noord-Nederland heeft op 3 juli 2018, nr. AWB 17/3280, geoordeeld dat de gemeente Heerenveen geen parkeerbelasting mag heffen maar btw moet voldoen ter zake van een tegen betaling van parkeerbelasting aan een vergunninghouder ter beschikking gestelde specifieke en exclusieve parkeerplaats.

1. Feiten

In het centrum van Heerenveen moet worden betaald om een auto te kunnen parkeren. Tegen een winkelcentrum in het centrum van Heerenveen staat een appartementencomplex. De bewoners zijn eigenaar van het appartementencomplex. De gemeente Heerenveen is eigenaar van de parkeerplaatsen op het binnenterrein bij het appartementencomplex. De parkeerplaatsen hebben een eigen nummer en zijn per nummer toegewezen aan een vergunninghouder. De parkeerplaatsen zijn voorzien van een parkeerbeugel zodat alleen de vergunninghouder gebruik kan maken van de desbetreffende parkeerplaats. De gemeente heft parkeerbelasting van de vergunninghouder. In 2015 werd € 40 parkeerbelasting van een vergunninghouder geheven. De gemeente heeft het voornemen het tarief op termijn te verhogen naar € 400 per jaar. In 2017 bedraagt de parkeerbelasting € 100 per jaar. Het geschil betreft met name de tariefsverhogingen en de vraag of de gemeente binnen zijn bevoegdheden is gebleven.

2. Oordeel Rechtbank

De gemeente is eigenaar van het binnenterrein van het appartementencomplex waarop zij parkeerplaatsen heeft aangelegd. Het exclusieve gebruik van één bepaalde parkeerplaats op het binnenterrein wordt toegewezen aan één van de bewoners van het appartementencomplex. In het besluit tot toekenning van de parkeervergunning, waarin het gebruik van een specifieke parkeerplaats wordt toegewezen aan één bewoner, wordt door de gemeente gesproken over het ‘huren’ van een parkeerplaats, 'huurder', ‘de huur’, ‘te verhuren’ en ‘huurkosten’. Ook vraagt de gemeente ‘borg’ voor de sleutel waarmee de beugel op de parkeerplaats kan worden geopend. In de aanslag parkeerbelasting over het jaar 2015 wordt bovendien gesproken over “Huur en borg sleutelgeld parkeerplaats 23”. Daarnaast wordt in de brief met datum 29 juni 2012 door het college van B&W gesproken over ‘de huur voor het gebruik van de parkeerplaatsen’.

Uit de bewoordingen van deze stukken volgt naar het oordeel van de rechtbank dat de gemeente zelf vindt dat zij de parkeerplaatsen aan de bewoners van het appartementencomplex verhuurt. Gelet op alle feiten en omstandigheden is er naar het oordeel van de rechtbank ook inderdaad sprake van het verhuren van het exclusieve gebruik van een bepaald stuk van het binnenterrein aan de bewoners van het appartementencomplex. Dat betekent dat de gemeente privaatrechtelijk optreedt. Dat past ook bij wat er werkelijk gebeurt: de gemeente is eigenaar van een stuk grond en geeft dat tegen vergoeding in exclusief gebruik. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat de parkeervergunning door het college van B&W, en niet door de heffingsambtenaar, op nummer wordt verleend. Het college van B&W is het bestuursorgaan binnen de gemeente dat bevoegd is tot het besluiten tot van privaatrechtelijke rechtshandelingen (zie artikel 160, eerste lid, onderdeel e van de Gemeentewet). Ook dat vormt voor de rechtbank een belangrijke aanwijzing dat de gemeente hier privaatrechtelijk handelt jegens de bewoners van het appartementencomplex. De rechtbank concludeert daarom dat de gemeente huurovereenkomsten is aangegaan met de vergunninghouders.

Voor downloaden uitspraak: klik hier

3. Gemeentelijke praktijk

De uitspraak is belangrijk voor gemeenten die ook specifieke parkeerplaatsen exclusief ter beschikking stellen aan één vergunninghouder.

Wij zien ook mogelijkheden om bij de nieuwbouw van huurwoningen met parkeerplaatsen de kosten van de aanleg van de nieuwe parkeerplaatsen te verminderen. Als de woningstichting een parkeerplaats exclusief ter beschikking stelt aan één huurder van de woning in een appartementencomplex dan volgt de huur van de parkeerplaats het btw-vrije huurregime van de huurwoning en is de btw op de aanlegkosten van de parkeerplaats een kostenpost voor de verhuurder. Het kan vanuit fiscaal perspectief aantrekkelijk zijn om de parkeerplaats (gedurende de btw-herzieningstermijn) door de gemeente te laten exploiteren. De vergoeding voor het gebruik van de parkeerplaats is belast met btw maar de gemeente kan de btw op de kosten van het realiseren van de parkeerplaats op de btw-aangifte in aftrek nemen.

Dit bericht is opgesteld door de redactie van Taxnavigator/eindredactie mr. dr. J.J.P.(Joep) Swinkels. Voor meer informatie: info@taxnavigator.nl

© Copyright Taxnavigator/Nestor Business Media BV. Ter zake van onze fiscale dienstverlening en berichtgeving gelden algemene voorwaarden en hetgeen wordt vermeld in de colofon.