Nieuws

BTW: Standpunt Belastingdienst inzake btw-tarief toiletlift

Geplaatst: 18 juni 2025
Kenmerk: 2025.56676

BTW: Standpunt Belastingdienst inzake btw-tarief toiletlift

In dit nieuwsbericht informeren wij u over het standpunt van de Belastingdienst dat voor een toiletlift het algemene btw-tarief van 21% geldt. 

KG:210:2025:9 Tarief toiletlift

Aanleiding

Een toiletlift is een hulpmiddel om personen te ondersteunen bij het zitten en opstaan bij toiletgebruik. De toiletlift verhoogt de zelfredzaamheid van personen die door verminderde spiercapaciteit zelf lastig kunnen gaan zitten of opstaan.

De toiletlift wordt gemonteerd boven ieder toilet aan de muur bevestigd. De toiletlift bestaat uit een bril inclusief armondersteuning, die een stijg- en/of kantelbeweging kan maken die de natuurlijke zit-sta beweging nabootst en daarmee ondersteunt. De stijg- en/of kantelbeweging is mechanisch bedienbaar.

Vraag

Is het verlaagde tarief van Tabel I, post a.34, behorende bij de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: Wet OB 1968) van toepassing op de levering van een toiletlift?

Antwoord

Nee, het verlaagde tarief van Tabel I, post a.34, behorende bij de Wet OB 1968 is niet van toepassing op de levering van een toiletlift.

Beschouwing

Het verlaagde tarief is niet van toepassing op de levering van een toiletlift, omdat een toiletlift niet is genoemd in Tabel I, post a.34 en ook niet kan worden gelijkgesteld met de daar genoemde producten.

Op grond van Tabel I, post a.34 valt, voor zover hier relevant, de levering van bepaalde producten onder het verlaagde tarief. Genoemd zijn invalidewagentjes en invalidekrukken, sta-opstoelen en hooglaagbedden.

Deze tabelpost is gebaseerd op Bijlage III, punt 4, van de btw-richtlijn waar is bepaald op welke goederen en diensten het verlaagde tarief mag worden toegepast:

”medische uitrusting, apparaten, toestellen, artikelen, hulpmiddelen en beschermende uitrusting, met inbegrip van mond-neusmakers, die gewoonlijk bestemd zijn voor gebruik in de gezondheidszorg of om door mensen met een handicap te worden gebruikt, goederen die essentieel zijn om handicaps te compenseren en te boven te komen, evenals de aanpassing, herstelling, huur en leasing van dergelijke goederen.”

Volgens vaste jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie hebben de lidstaten de mogelijkheid om de toepassing van dit verlaagde btw-tarief te beperken tot concrete en specifieke aspecten van deze categorie (zie HvJ EU 6 mei 2010, C-94/09 (Commissie/Frankrijk), ECLI:EU:C:2010:253 <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> , punt 28). De wetgever heeft in de tabelpost bepaalde producten onder het verlaagde tarief gebracht, waaronder een ‘sta-opstoel’. Om te beoordelen of een toiletlift onder het verlaagde tarief kan vallen, zal daarom moeten worden beoordeeld of de toiletlift kan worden aangemerkt als of vergelijkbaar is met een in de tabel genoemd product, meer specifiek een sta-op stoel.

In de toelichting op Tabel I, post a.34 (besluit van de Staatssecretaris van Financiën van 23 december 2024, Stcrt. 2024, 41782 <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> ) (hierna: Toelichting Tabel I) wordt een sta-opstoel als volgt omschreven:

“4. Sta-opstoelen

Sta-opstoelen vallen onder de post. De stoelen worden gebruikt door personen die door functiestoornissen niet (meer) in staat zijn om vanuit  normale zithoogte zelfstandig op te staan. In de meeste gevallen bevat een sta-opstoel een motor die het zitgedeelte en het ruggedeelte omhoog beweegt (de zogenoemde sta-oplift) zodat de gebruiker wordt geholpen bij het opstaan. Ook sta-opstoelen die opeen andere wijze, bijvoorbeeld via een veermechanisme, de sta-opbeweging ondersteunen, vallen onder de post.

Onder de post vallen ook stoelen die naast de sta-oplift nog van andere motoren c.q. mogelijkheden zijn voorzien, zoals een kantelverstelling (voor het gelijktijdig kantelen van rugleuning en zitting, zonder dat de zithoek wijzigt), een rugverstelling (voor het verstellen van de rugleuning) en een voetenbankverstelling (voor het verstellen van de voetensteun). Deze stoelen worden doorgaans aan de zorgverzekeraar geleverd, die de stoelen vervolgens aan de verzekerden in bruikleen verstrekt.

Een sta-opstoel die meer het karakter heeft van een relaxfauteuil en is voorzien van een handmatig pneumatisch of hydraulisch pompsysteem valt niet onder de post.

(…)”

In de Memorie van Toelichting (Kamerstukken II 2000/01, 27431, nr. 3, p. 57 <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> ) bij de implementatie van sta-opstoelen in de tabelpost is het volgende opgenomen:

“Een sta-opstoel – toe te voegen aan tabel I, onderdeel a, post 34 – wordt gebruikt door mensen die door functiestoornissen niet in staat zijn zelfstandig op te staan vanuit normale (voor de patiënt «juiste») zithoogte. Zo’n stoel, die pas wordt verstrekt nadat de medische indicatie is aangetoond, bevat een motor die het zitgedeelte en ruggedeelte omhoog beweegt zodat de gebruiker geholpen wordt bij het opstaan. Stoelen waarbij ook andere mogelijkheden worden geboden dan alleen het sta-opmechanisme – relaxfauteuils – zijn geen sta-opstoelen zoals hier bedoeld.”

Zowel uit de toelichting als de wetsgeschiedenis volgt dat de post beperkt is tot een stoel met een sta-op mechanisme. Een toiletlift vervult niet de functie van een stoel en is om die reden niet  vergelijkbaar met een sta-opstoel die gerangschikt wordt onder de post. Het feit dat de toiletlift een vergelijkbaar sta-op mechanisme heeft als een sta-opstoel en ontegenzeggelijk ook een hulpmiddel is voor mensen die niet zelfstandig kunnen opstaan, doet hier niet aan af. De wetgever heeft enkel de in de tabelpost genoemde goederen aan het verlaagde tarief willen onderwerpen.

Een toiletlift is ook niet vergelijkbaar met één van de andere in de tabelpost en/of in de Toelichting Tabel I genoemde producten.

Gemeentelijke praktijk 

Voor gemeenten ontstaat een extra kostenpost. De kosten voor een toiletlift bedragen € 1.000 of meer ex btw. De meeste toiletliften worden door gemeenten via Wet maatschappelijke ondersteuning ter beschikking gesteld. Voor gemeenten ontstaan extra kosten van btw omdat de gemeente de btw op de kosten van een toiletlift die wordt verstrekt aan een inwoner niet kan compenseren bij het BTW-compensatiefonds. Ter zake geldt een uitsluitingsgrond. De gemeente verstrekt volgens de Belastingienst een product aan een individuele derde.

Documenten en publicaties 

Dit bericht is opgesteld door de redactie van Taxnavigator/eindredactie mr. dr. J.J.P. (Joep) Swinkels. Voor meer informatie: info@taxnavigator.nl. © Copyright Taxnavigator BV/Nestor Business Media BV/Nestor Media Groep. Ter zake van onze fiscale dienstverlening en berichtgeving gelden algemene voorwaarden en hetgeen wordt vermeld in de colofon.