Nieuws

BTW: BCF: Sport: commerciële exploitanten van gemeentelijke sportaccommodaties

Geplaatst: 04 januari 2023
Kenmerk: 2023.48081

BTW: BCF: Sport: commerciële exploitanten van gemeentelijke sportaccommodaties

Kenmerk: TAI.2023.48081

In dit themabericht informeren wij u over de fiscale aspecten van het met terugwerkende kracht aanpassen van de huurprijs van sportaccommodaties op verzoek van commerciële exploitanten.

Veel gemeenten hebben de exploitatie van gemeentelijke sportaccommodaties uitbesteed aan een commerciële exploitant. De gemeente verhuurt de sportaccommodatie aan de commerciële exploitant en de commerciële exploitant exploiteert de gemeentelijke sportaccommodatie door het tegen een meer dan symbolische vergoeding geven van de gelegenheid tot sportbeoefening. De gemeente dekt een exploitatietekort af met een exploitatievergoeding.

Tot 2019

In de praktijk werd het volgende exploitatiemodel toegepast. De gemeente verhuurt de gemeentelijke sportaccommodatie tegen een meer dan symbolische vergoeding aan een commerciële exploitant. De commerciële exploitant exploiteert de gemeentelijke sportaccommodatie door het tegen een meer dan symbolische vergoeding geven van de gelegenheid tot sportbeoefening aan sportverenigingen en onderwijsinstellingen die basis- en/of voortgezet onderwijs verzorgen. De dienstverlening van de commerciële exploitant was tot 1 januari 2019 belast met 6% btw. De commerciële exploitant bracht de gemeente een exploitatiebijdrage in rekening. De Belastingdienst heeft de commerciële exploitanten opgedragen om de exploitatiebijdrage met 21% btw te belasten. Gemeenten kunnen de btw op de kosten van de exploitatiebijdrage compenseren bij het BTW-compensatiefonds. Soms klinken geluiden vanuit de Belastingdienst dat geen recht op volledige compensatie van btw ter zake van de exploitatiebijdrage zou mogen bestaan als de sportaccommodatie ook wordt gebruikt voor het verzorgen van gymnastiekonderwijs c.q. bewegingsonderwijs voor basisscholen.

De commerciële exploitanten gebruiken de gehuurde sportaccommodaties voor het belast met btw geven van de gelegenheid tot sportbeoefening. De dienstverlening is tot 1 januari 2019 belast met 6% btw. De commerciële exploitanten voldoen aan het 90%-criterium en de gemeente en de commerciële exploitant kunnen opteren voor een met btw belaste huur van de sportaccommodatie. De huur is belast met btw en de gemeente factureert btw die de gemeente voldoet aan de Belastingdienst. De commerciële exploitant gebruikt de gehuurde sportaccommodaties voor het belast met btw geven van gelegenheid tot sportbeoefening en kan de btw op de huur in aftrek nemen op de btw-aangifte. Door de met btw belaste huur heeft de gemeente recht op aftrek c.q. teruggaaf van btw op de kosten van de bouw, renovatie en onderhoud van de sportaccommodaties die belast met btw zijn verhuurd.

Wijziging btw-regelgeving sport

Met ingang van 1 januari 2019 is de btw-regelgeving inzake sport gewijzigd. Het geven van gelegenheid tot sportbeoefening is belast met btw als de exploitant een winstoogmerk in de zin van de btw heeft. Een exploitant van een sportaccommodatie heeft een winstoogmerk in de zin van de btw als de exploitant ter zake van de exploitatie van de sportaccommodatie(s) een financieel overschot realiseert. Dit financieel overschot mag niet ontstaan door de ontvangst van een btw-vrije subsidie en of een bovenmatige vergoeding voor dienstverlening. Daarnaast moet voor de huur van de sportaccommodatie een kostprijsdekkende huur worden betaald. De huur moet dus niet alleen een meer dan symbolisch karakter hebben maar de huur moet ook tenminste de kostprijs bedragen.

Veel commerciële exploitanten betalen voor de huur geen kostprijsdekkende huur zodat deze exploitanten geen winstoogmerk in de zin van de btw hebben. Omdat de commerciële exploitanten geen winstoogmerk in de zin van de btw hebben is de dienstverlening niet (meer) belast met btw en kan niet worden geopteerd voor een met btw belaste huur. De exploitatiebijdrage is en blijft belast met btw volgens de Belastingdienst.

Afspraak Belastingdienst

Eind 2020 hebben de Belastingdienst en de commerciële exploitanten van sportaccommodaties afspraken gemaakt over de interpretatie van de btw-vrijstelling voor sport. Zoals wij begrijpen komt de afspraak op het volgende neer. De commerciële exploitanten betalen tenminste een kostprijsdekkende huur aan de gemeente als de sportaccommodatie van de gemeente wordt gehuurd. De exploitatiebijdrage is belast met btw. De commerciële exploitanten behalen een financieel overschot dat wordt uitgekeerd aan de moedermaatschappij.

Gevolgen gemeentelijke praktijk

Veel commerciële exploitanten van sportaccommodaties huren de sportaccommodatie die zij exploiteren van de gemeente. Veelal is daarbij geopteerd voor een met btw belaste huur. De huur heeft een meer dan symbolisch karakter maar is niet kostprijsdekkend. De huur moet met terugwerkende kracht tot 1 januari 2019 worden verhoogd naar een kostprijsdekkende huur. Als is geopteerd voor een met btw belaste huur dan is de gemeente met terugwerkende kracht btw verschuldigd. Doordat met terugwerkende kracht btw is verschuldigd moet ook belastingrente aan de Belastingdienst worden vergoed. 

Bij de commerciële exploitant ontstaat met terugwerkende kracht een exploitatietekort dat met terugwerkende kracht moet worden gedekt. Een stijging van de huur betekent ook een stijging van het exploitatietekort en daarmee ook een stijging van de verschuldigde exploitatiebijdrage. Voor de commerciële exploitant ontstaan geen extra kosten van btw en belastingrente. Enerzijds moet de exploitant met terugwerkende kracht btw voldoen over de exploitatiebijdrage. Anderzijds betaalt de exploitant met terugwerkende kracht btw over de huur ter zake waarvan een recht op aftrek c.q. teruggaaf van btw bestaat. Beide bedragen aan btw vallen tegen elkaar weg en per saldo is geen btw verschuldigd. 

Voor de gemeente ligt dit anders. De gemeente is met terugwerkende kracht btw en belastingrente verschuldigd aan de Belastingdienst. De btw op de exploitatiebijdrage kan de gemeente compenseren bij het BTW-compensatiefonds. Men kan zich de vraag stellen of de belastingrente voor rekening van de gemeente moet komen. Immers de gemeente werkt op verzoek van de exploitant mee aan de opzet om de sportaccommodatie met terugwerkende kracht belast met btw te kunnen blijven exploiteren.

Soms wordt de sportaccommodatie voor € 1 ter beschikking gesteld aan de commerciële exploitant. De commerciële exploitant van de sportaccommodatie neemt in dergelijke situaties doorgaans ook het beheer en onderhoud van de sportaccommodatie voor zijn rekening. In een dergelijke casus speelt de vraag of met terugwerkende kracht een met btw belaste huur kan worden gerealiseerd. Wel kan met terugwerkende kracht een btw-vrije huur worden gerealiseerd. Als een btw-vrije huur met terugwerkende kracht wordt gerealiseerd dan heeft de gemeente geen kosten van belastingrente.

Per afzonderlijke casus moeten de btw-aspecten in beeld worden gebracht.

Dit bericht is opgesteld door de redactie van Taxnavigator/eindredactie mr. dr. J.J.P. (Joep) Swinkels. Voor meer informatie: info@taxnavigator.nl. © Copyright Taxnavigator BV/Nestor Business Media BV/Nestor Media Groep. Ter zake van onze fiscale dienstverlening en berichtgeving gelden algemene voorwaarden en hetgeen wordt vermeld in de colofon.