Nieuws

Sport: Ontwikkelingen Sportbedrijven

Geplaatst: 18 november 2020
Kenmerk: 2020.32854

Sport: Ontwikkelingen Sportbedrijven

In dit nieuwsbericht informeren wij u over de laatste fiscale ontwikkelingen met betrekking tot sport en commerciële sportbedrijven. Wanneer heeft een commercieel sportbedrijf een winstoogmerk in de zin van de btw en kunnen gemeenten met een commercieel sportbedrijf opteren voor een met btw belaste huur van de gemeentelijke sportaccommodatie?

1. BTW-sportvrijstelling

Met ingang van 1 januari 2019 is de btw-sportvrijstelling uitgebreid. Het geven van gelegenheid tot sportbeoefening is belast met btw als de exploitant van een sportaccommodatie een winstoogmerk in de zin van de btw heeft.

2. Sportbedrijven

De Belastingdienst heeft standpunten ingenomen inzake het winstoogmerk van commerciële sportbedrijven. Naar maatschappelijke opvattingen zijn commerciële sportbedrijven op basis van hun statutaire doelstellingen en de bedrijfsvoering die is gericht op het optimaliseren van het bedrijfsresultaat om exploitatieoverschotten te realiseren instellingen die winst beogen. Om een winstoogmerk in de zin van de btw te hebben moet zijn voldaan aan de voorwaarden uit de Wet op de omzetbelasting.

Het commerciële sportbedrijf heeft een winstoogmerk in de zin van de btw als:

  • de exploitant financiële overschotten realiseert welke financiële overschotten worden uitgekeerd aan aandeelhouders/leden;
  • het commerciële sportbedrijf voor het gebruik c.q. de huur van de gemeentelijke sportaccommodatie de integrale kostprijs betaalt;
  • het commerciële sportbedrijf voor de diensten die het sportbedrijf aan de gemeente verleent niet een bovenmatige vergoeding ontvangt;
  • het commerciële sportbedrijf niet anderszins een financiële bijdrage van de gemeente ontvangt waardoor een financieel overschot ontstaat;
  • of sprake is van een winstoogmerk in de zin van de btw wordt beoordeeld op het niveau van de instelling c.q. de organisatie.

Veel commerciële sportbedrijven realiseren volgens de Belastingdienst een financieel overschot omdat aan de gemeente een met btw belaste exploitatiebijdrage in rekening wordt gebracht. De exploitatiebijdrage is de vergoeding voor dienstverlening en sluit aan bij de marktprijs omdat de exploitatiebijdrage in een situatie van vrije mededinging tot stand komt. In de exploitatiebijdrage is veelal een winstopslag opgenomen. Is in de exploitatiebijdrage geen winstopslag opgenomen dan kan het sportbedrijf toch een winstoogmerk in de zin van de btw hebben als het sportbedrijf bij een dochter, gelieerde vennootschap en/of deelneming(en) diensten inkoopt en de vergoeding voor deze diensten met de winstopslag in de met btw belaste exploitatiebijdrage wordt opgenomen.

De gemeente en het sportbedrijf kunnen opteren voor een met btw belaste huur als het sportbedrijf het gehuurde object c.q. de gemeentelijke sportaccommodatie voor tenminste voor 90% gebruikt voor het verrichten van met btw belaste prestaties. Het sportbedrijf gebruikt de sportaccommodatie voor het verrichten van met btw belaste prestaties als het sportbedrijf een winstoogmerk heeft in de zin van de btw.

Een van de vereisten voor het winstoogmerk in de zin van de btw is de eis dat het sportbedrijf voor het gebruik van de gemeentelijke sportaccommodatie tenminste de integrale kostprijs betaalt. De huur die een gemeente aan een exploitant in rekening brengt, dient tenminste gelijk te zijn aan de integrale kostprijs. De integrale kostprijs omvat in ieder geval de operationele kosten, afschrijvingskosten, onderhoudskosten en vermogenskosten. Verdere verduidelijking van (het in rekening brengen van) de verschillende kostensoorten voor gemeenten is te vinden in de Nota van Toelichting bij het Besluit markt en overheid en de Handreiking Wet Markt en Overheid. Het sportbedrijf is niet bekend met het gegeven of de overeengekomen huur meer of minder bedraagt dan de integrale kostprijs. Alleen de gemeente is daarmee bekend.

Verschillende eenheden van de Belastingdienst nemen aan dat de gemeente bij de vraag of kan worden geopteerd voor een met btw belaste huur heeft getoetst of door de gemeente de integrale kostprijs als huur wordt berekend. Het is gemeenten immers bekend dat alleen kan worden geopteerd voor een met btw belaste huur als de huur meer bedraagt dan de integrale kostprijs.

Gemeenten lopen bij het aangaan van een met btw belaste huur een aanmerkelijk fiscaal risico. Als de huur minder bedraagt dan de integrale kostprijs dan vervalt de met btw belaste huur en het vervallen van de met btw belaste huur is ontstaan door de gemeente. Taxnavigator adviseert gemeenten om met de Belastingdienst afstemming te zoeken over de omvang van de huur. Bedraagt de huur meer of minder dan de integrale kostprijs. Het is natuurlijk ook mogelijk om de huur met grote bedragen te verhogen zodat de huur zeker kostendekkend is. De btw op de exploitatiebijdrage mag de gemeente compenseren bij het BTW-compensatiefonds. Een hogere exploitatiebijdrage leidt echter wel tot een snellere uitputting van het BTW-compensatiefonds.

Dit bericht is opgesteld door de redactie van Taxnavigator/eindredactie mr. dr. J.J.P. (Joep) Swinkels. Voor meer informatie: info@taxnavigator.nl. © Copyright Taxnavigator/Nestor Business Media BV/Nestor Media Groep. Ter zake van onze fiscale dienstverlening en berichtgeving gelden algemene voorwaarden en hetgeen wordt vermeld in de colofon.